Als er één advies is dat ik iedereen zou willen meegeven is dat om een jaar kunst te gaan studeren! Natuurlijk leer je de basis van verschillende kunsttechnieken en ontgrendel je daarmee een nieuwe manier om jezelf te uitten, maar wat vooral is blijven hangen is een hoge dosis zelfkennis. De lessen van docenten en zelfreflectie kwamen na het afronden van mijn bachelor tot uiting in de vorm van een belangrijke levensles: mijn kleifilosofie.
“Kleien is voor kleuters, wij boetseren”, zeiden we altijd als docenten langkwamen in de keramiekwerkplaats wanneer werd gevraagd of we “lekker aan het kleien” waren. Kleien klonk voor ons, keramisten-in-wording, als een belediging. Boetseren geeft je het gevoel een soort god te zijn: met klei creëer je wat je wilt. Het was dan ook extra pijnlijk toen een van mijn docenten tijdens de laatste beoordeling voor mijn afstuderen zei: “Je kleit als een middelbare scholier”.
In 2017 begon ik aan de opleiding Fine Art & Design in Education aan de HKU. Hier kreeg ik als eerstejaars student een korte introductie gips en keramiek. Dit bleek meteen een groot succes toen ik gips in mijn bewerkte stuk klei goot. De klei kon het gewicht van het gips niet aan en barste open waardoor zowel de vloer als het merendeel van mijn onderlijf werd voorzien van een laag gips. Na dit incident liet ik de werkplaats voor wat het was en pakte het medium op waar mijn liefde voor kunst ooit begon: acrylverf.
Bij mijn kunstmoeder Angelique van den Hogen leerde ik begin 2015 schilderen zoals ik dat nog steeds doe. Haar motto ‘kill your darlings’ leerde mij de grondbeginselen van het loslaten. Zowel in mijn maken als dagelijks leven kan ik hier moeite mee hebben. Angeliques methode leerde mij een andere manier van schilderen: loslaten, kijken en opnieuw starten. Je zou kunnen zeggen dat loslaten juist zorgt voor meer grip.
Aan het einde van mijn tweede jaar op de kunstacademie gaf ik keramiek een tweede kans. De beheersing van 2D technieken als schilderen en drukken ging behoorlijk goed. Keramiek zou een extra laag aan mijn werk toevoegen door het driedimensionale element. Aanvankelijk was keramiek nogal frustrerend: elke stap van het proces heeft zoveel factoren die het eindresultaat beïnvloeden waardoor het er nooit precies uit komt te zien zoals je in gedachten hebt. Bovendien is er het risico dat werken ontploffen of jouw werk net naast iets staat dat tijdens de stook kneiterhard uit elkaar knalt. “Doe maar even een schietgebedje naar de keramiekgoden. Dit wordt een belangrijke stook,” zeiden we als we een van onze afstudeerwerken of werk voor een beoordeling in de oven zetten.
Wanneer er weer van alles misgaat tijdens het maken of bakken in het atelier zegt medekeramist en oud-klasgenoot Carolina (eigenaar van Pabloos Pottery) : “Keramiek is eigenlijk helemaal niet leuk.” Een begrijpelijke uitspraak! Mijn hart breekt als werken waar tijd en liefde in gestoken is beschadigd of kapot uit de oven komen. Op zulke momenten bedenk ik me altijd dat gebroken botten sterker helen dan kneuzingen. Als er iets is dat keramiek mij heeft geleerd is het veerkrachtig zijn. Even een momentje van frustratie, jezelf weer bijeen rapen en met de opgedane kennis opnieuw proberen. Trial and error, baby!
Dezelfde docent die het had over kleien als een middelbare scholier leerde mij ook dat alles een achterkant heeft, dus draaide ik het commentaar om. Wanneer je kleit als een kleuter ligt de focus op het gevoel, het ontdekken en spelenderwijs leren over het materiaal. Teleurgesteld omdat het glazuur anders uitpakt dan gedacht? Kijk er naar met de verwondering van een kind en zie het als een cadeautje. Geniet van de natte klei die door je vingers glijdt in plaats van de focus te leggen op het eindproduct. Kleien als een kleuter is lang zo slecht nog niet!
